De Bokkenrijders van toen

De naam

Voordat de naam de Bokkenrijders officieel werd, stonden ze vooral bekend onder verschillende namen zoals 'Leden van de beruchte Bende' , 'nachtdieven', 'knevelaars' en 'schelmen'. De naam van de Bokkenrijders komt van de mythe die vertelt dat de bendeleden al plunderend en brandstichtend op bokken door de hemel vlogen. Hun satanische gildeteken, een bokkenpoot, droeg hier ook aan bij.

Periodes

De Bokkenrijders bestonden uit verschillende bendes, die actief waren tussen 1730 en 1774. Binnen dit tijdsbestek zijn drie verschillende periodes te onderscheiden. In de eerste periode, die van 1730 tot de herfst van 1742 duurde, waren er vooral mensen actief in het Oostenrijkse deel van de Overmaas. De tweede periode, die in de jaren 1749 en 1750 afspeelde, was eigenlijk een korte opleving van de bende in de vorige periode. De derde periode duurde het langst, namelijk van 1751 tot 1774. Elke periode werd afgesloten met massale arrestaties, procesvoeringen en terechtstellingen. Veel bendeleden uit de eerste periode, die uit de handen van de autoriteiten konden blijven, waren ook in de andere twee periodes actief.

Gebied

De Bokkenrijders waren actief in het gebied dat begrensd werd door de steden Maastricht, Aken, Gulik en Roermond. Ook wel de Overmaas genoemd. De Overmaas bestond uit een heuvelachtig landschap met veel bos en heidevelden. Door verdragen in de zeventiende en achttiende eeuw was het gebied verdeeld in kleine stukjes. Deze verbrokkeling van het gebied was gunstig voor de Bokkenrijders. Die konden zich zo namelijk veel beter over grote afstanden verplaatsen dan de autoriteiten, die aan allemaal regels gebonden waren.

Leden

Voornamelijk mensen met een mobiel beroep waarbij sociale vaardigheden en plaatselijke kennis een grote rol spelen waren lid van de bendes. Denk aan ijzerwerkers, zadelmakers, voermannen, schoenmakers, herbergiers, wagenmakers, smeden, kooplieden en veldbodes.

Acties

De Bokkenrijders pleegden vaak overvallen op winkels, huizen en boerderijen. Ze mishandelden hun slachtoffers, om zo te weten te komen waar het geld en de kostbaarheden verborgen lagen. De overvallen werden altijd 's nachts gepleegd, waarbij de Bokkenrijders zich vermomden door andere kleding aan te trekken en hun gezicht zwart te maken, zodat ze onherkenbaar waren.

Bij de acties van de Bokkenrijders ging het niet alleen om plunderen. De Bokkenrijdersbenden pleegden ook overvallen op kerken en boerderijen, om te protesteren tegen de gevestigde orde van boeren en priesters. De bendeleden stalen daar niet alleen geld, maar vernielden en stalen ook allerlei heilige spullen.

In totaal zijn er tussen het begin van de processen in 1741 tot aan het eind van de processen in 1778 meer dan 600 leden van de Bokkenrijdersbenden veroordeeld. De straffen, verbanning of de doodstraf, waren de enige straffen voor de Bokkenrijdersbenden, omdat gevangenissen in het gebied van de Overmaas ontbraken. De terechtstellingen waren voor iedereen toegankelijk en werden meestal uitgevoerd bij de woonplaats van de veroordeelden.

Op pad met de Oerse Bokkenrijders

Terug naar boven
De Oerse Bokkenrijders - Bourgondisch verrassend!
www.oersebokkenrijders.nl